dinsdag 22 november 2011

over de wereld in

Het was zo spannend in de wereld die Nederland heet dat de relatief kleine sport die hockey heet er even bij in schoot. En dan - en dat begrijpt een heer van stand - vergeet ik de trimheren helemaal.
Nederland was verkleind tot de bestuurskamer van Ajax, maar daardoor ineens heel groot, want Cruijff is bekend over de hele wereld. In zijn slipstream neemt hij Edgar Davids mee. De excuusneger van Nederland, dat wil zeggen, van Ajax. Want Davids bleek commissaris te zijn geworden omdat-ie donker was. Niet om zijn bijzondere vaardigheden als commissaris. En Cruijff natuurlijk wel. Hij heeft sterke toezichthoudende capaciteiten, die het sterkst tot uitdrukking komen bij het aanstellen van trainers.
Dat is flauw want Cruijff is vooral een meester in iets eenvoudigs op een complexe manier uit te leggen, maar dan wel weer zo dat je denkt dat je het snapt. Dat is een kwaliteit die in het bedrijfsleven, maar ook bij de overheid, zelden in die combinatie voorkomt.
Ik ben nu niet alleen een kenner van het voetbal, ook van beursgenoteerde bedrijven en linker- en rechter hersenhelften.
Dacht ik even.
Alle systemen van trainers en intenties van spelers blijk ik alleen maar te snappen als hij het uitlegt. En voor bedrijven met aandelen spreek ik liever maar met andere adviseurs. En dat de rechterhelft op school wordt gevuld geloof ik gewoon niet.
Alleen al het beeld van een onderwijzer die kinderen een gieter in het oor zet. Als het toch eens allemaal zo eenvoudig was. Dan was ik vast een goed hockeyer geweest. Met een jankende klap van de rand van de cirkel hoog in de hoek, een goal die zo maar de wereld over kan. En dan bedoel ik de globe, via CNN en Al Jazeera naar de amazone-indianen. Niet de bestuurskamer in een betonnen kathedraal in Amsterdam ZuidOost.
Nu blijft het aanmodderen, diep gaan, gaten trekken en soms, als alles meezit, een mooie kaats. En als m'n medespelers goed mikken maak ik een tip in. Afgelopen zondag zat 't weer eens mee. Ook het weer zat mee en toch stonden we met slechts 11 man in te slaan. Om aan tien negertjes moest er één afhaken. Het werd Marcel, die het ineens benauwd kreeg dat-ie met de Veteranen mee zou te spelen. Hij voelde een zweepslag aankomen. Tineke die ons nog aardig aftrainde begeleidde hem naar
Een potje 5 tegen 5 op het kleine veld was dan ook het maximaal haalbare. Als beloning was er een ovewinning voor beide. Blauw won in doelpunten, oranje trok het langste strootje. Andre ten Berge was topscorer en Piet de wasser van de hesjes. En alsof het niet op kon was er nog vlaai van ondergetekende.
En daarna gewoon naar huis fietsen, geen pers bij de slagboom, gewoon de wijde wereld in.
Gerrit

Geen opmerkingen:

Een reactie posten